WONINGEN

Keypoints

  • Tekenen van verbetering op beleggingsmarkt
  • Aanvangsrendementen dalen verder
  • Leegstand op huurmarkt blijft laag, tekort houdt stand
  • Huizenprijzen stijgen door
  • Regulering blijft onzekere factor

Tweede kwartaal toont tekenen van verbetering

Het beleggingsvolume voor Nederlandse huurwoningen is in het eerste halfjaar van 2025 op basis van cijfers van C&W iets hoger uitgekomen dan in dezelfde periode in 2024. Het beleggingsvolume ligt medio 2025 op circa € 1,5 miljard, 7 procent hoger dan in dezelfde periode in 2024. Een groot deel van deze verhoging vond plaats in het tweede kwartaal dat met € 0,9 miljard het beste tweede kwartaalvolume sinds 2020 toonde. Wederom zorgde verkoop van een deel van de Eres portefeuille voor een groot aandeel in het beleggingsvolume. Het grootste deel van de 6.900 woningen die Eres in 2023 nog in portefeuille had is inmiddels verkocht waarbij de meeste objecten gekocht zijn door beleggers met een uitpondstrategie. Inmiddels bestaat de portefeuille nog uit circa 1.100 woningen.

BELEGGINGSVOLUMES WONINGEN PER KWARTAAL (IN MILJARDEN € )

Bron: RCA (2025), C&W (2025), bewerking door Achmea Real Estate

Aanvangsrendementen dalen verder

De prime aanvangsrendementen zijn in het tweede kwartaal verder gedaald met circa 10 basispunten. De verhoogde interesse in prime woningen van met name institutionele partijen zorgt ervoor dat de rendementen dalen. Doordat de risicovrije rente iets gedaald is in het tweede kwartaal, is de spread met de prime BAR k.k. iets gegroeid. Wel bevindt deze zich met circa 1,5 procent nog op een historisch gezien relatief laag niveau. Hierdoor is er, in het huidige renteklimaat, beperkt ruimte voor forse dalingen van de aanvangsrendementen. Economische onzekerheden, zoals een mogelijke verdere escalatie van de handelsoorlog, kunnen gaan zorgen voor meer schommelingen van de risicovrije rente.

AANVANGSRENDEMENTEN WONINGEN

Bron: MSCI (2025), Oxford Economics (2025), C&W (2025), bewerking door Achmea Real Estate

Prognoses tonen aan dat tekort aanhoudt

De leegstand van huurwoningen in het bezit van institutionele beleggers daalde in het tweede kwartaal licht van 1,4 naar 1,3 procent en is daarmee historisch laag. De krapte op de huurmarkt blijft groot en nieuwbouwprojecten worden meerdere malen overschreven. Een verder gevolg van de krapte is dat de markthuurgroei van huurwoningen met 7,9 procent op jaarbasis hoog blijft (bron: MSCI).

Recent verschenen prognoses van ABF Research tonen aan dat het woningtekort licht gedaald is van 4,9 procent in 2024 naar 4,8 procent dit jaar. Voor de komende decennia zijn de prognoses gelijk gebleven aan die van het onderzoek van vorig jaar. De verwachting is hiermee nog steeds dat het woningtekort in 2040 op 2,2 procent uit zal komen. Dat de prognose niet is verslechterd komt door een lagere verwachting van de bevolkingsgroei, de verwachte woningbouwproductie is naar beneden bijgesteld. Het CBS concludeerde onlangs ook al dat het aantal woningbouwvergunningen in de eerste helft van 2025 gedaald is naar 33.000 woningen in vergelijking met 38.000 in het eerste halfjaar van 2024. Onder andere een stijging van het aantal ingetrokken vergunningen lag ten grondslag van de daling.

IJBURG AMSTERDAM

Bron: Achmea Real Estate

Huizenprijzen stijgen door, aanbod neemt toe

De huizenprijzen zijn in het tweede kwartaal van 2025 met 4,0 procent gestegen ten opzichte van het eerste kwartaal van 2025. Vergeleken met een jaar eerder stegen de prijzen met 6,2 procent. Dit blijkt uit cijfers van de NVM. Het aanbod van woningen steeg sterk met 30 procent ten opzichte van het eerste kwartaal, sinds 2008 hebben er niet zoveel woningen te koop gestaan in het tweede kwartaal. Hoewel het voorjaar altijd als een goed verkoopmoment gezien wordt door makelaars is de stijging nu extra hoog. De versterkende factor is dat er dit kwartaal veel voormalige huurwoningen te koop gezet zijn. In regio’s met een relatief grote huurvoorraad, zoals in de Randstad, was de aanbodstijging dan ook het sterkst. Het aantal transacties steeg met 22 procent ten opzichte van het eerste kwartaal en 15 procent in vergelijking met een jaar eerder. De krapte indicator steeg weer: een potentiële huizenkoper heeft gemiddeld de keuze uit 2,3 woning. Vorig kwartaal was dit nog 2,2. Doordat zowel het aanbod als de transacties fors gestegen zijn bleef de krapte indicator min-of-meer in balans. De NVM-cijfers zijn gebaseerd op de gemiddelde transactieprijs en geven een grove, maar actuele indicatie van de huizenprijsontwikkeling. De prijsindex bestaande koopwoningen (PBK) van CBS en Kadaster geeft een nauwkeurigere maar vertraagde indicatie. In het tweede kwartaal van 2025 is de PBK met 1,8% gestegen. Het groei tempo vertraagd weliswaar maar op jaarbasis stijgt de index nog met 9,8 procent. De Eigen Huis marktindicator, die het vertrouwen van de consument in de woningmarkt toont, is in 2025 gestabiliseerd. In augustus kwam de indicator uit op 97 punten, iets lager dan de 99 in december 2024 (100 is ‘neutraal’ op een schaal van 0 tot 200).

INDEX KOOP- EN HUURPRIJZEN NEDERLAND (2015=100)

Bron: MSCI (2025), Oxford Economics (2025), Kadaster (2025), bewerking door Achmea Real Estate

Regulering blijft onzekere factor

Onzekerheid over huurprijsregulering blijft de beleggingsmarkt voor huurwoningen beïnvloeden. Medio 2025 is het 1 jaar geleden dat de Wet Betaalbare Huur in werking getreden is. Het heeft voor wisselende ervaringen gezorgd. Voor bestaande portefeuilles is de impact relatief beperkt gebleven voor de meeste institutionele beleggers omdat zij een relatief duurzame portefeuille hebben waardoor de woningen een relatief hoog aantal WWS punten behalen. Bij particuliere beleggers heeft het echter gezorgd voor een verkoopgolf. Over het algemeen is hun bezit minder duurzaam waardoor de woningen fors geraakt worden door de regulering. Daarnaast hebben ze te maken gekregen met hogere fiscale druk. In de nieuwbouwmarkt heeft de nieuwbouwopslag van 10 procent ervoor gezorgd dat er in veel gevallen voldoende rendement te behalen is.

Wel zorgen lokale middenhuurregelingen voor een stapeling van beleid. In de eerste helft van 2025 hebben diverse grote gemeentes hun middenhuurbeleid zoveel als mogelijk laten aansluiten op de nationale wetgeving maar het probleem van stapeling van beleid blijft aanwezig. Demissionair minister Keijzer heeft medio 2025 een aantal wijzigingen aangekondigd voor de Wet Betaalbare Huur. De belangrijkste is het aanpassen van de werking van de WOZ-cap. Wanneer door deze cap de woning in het gereguleerde segment valt dan mag de huurprijs conform het daadwerkelijke aantal WWS punten gevraagd worden waarbij de WOZ punten volledig meetellen. Dit zorgt ervoor dat voor deze woningen een huurprijs boven de middenhuurgrens gevraagd kan worden. De wetswijziging is momenteel in consultatie en zal nog parlementair behandeld moeten worden.

Een andere belangrijke ontwikkeling op het gebied van regulering is het Wetsvoorstel Versterking Regie Volkshuisvesting. De wet regelt een aantal zaken waardoor het Rijk meer invloed heeft op het lokale woningbeleid. Eén van de zaken die het regelt is een minimale programmering van het woonsegment binnen het regionale nieuwbouwprogramma. Hierbij moet 2/3e betaalbaar zijn waarvan 25 procent betaalbare koop en 1/3e sociaal. Onder betaalbare koop worden woningen verstaan die maximaal €405.000 kosten. Hiervoor kan een koper een (renteloze) lening krijgen van maximaal €70.000 uit het Nationaal Fonds Betaalbare Koop die na verkoop van de woning terugvloeit in het fonds. Door het toevoegen van een minimale eis voor betaalbare koop blijft er maximaal 12 procent over voor middenhuur waardoor het beleggingsaanbod hierdoor beperkt zal worden. Het wetsvoorstel is aangenomen in de Tweede Kamer en wordt na het zomerreces van 2025 behandeld in de Eerste Kamer.

Bouwkosten stijgen door

De bouwkosten voor nieuwbouwappartementen zijn in het eerste kwartaal van 2025 verder gestegen met circa 1 procent. Op jaarbasis was de groei ongeveer 4,5 procent. Vooral de lonen waren de grote drijver van de stijging van de bouwkosten. Het aantal bouwvergunningen is in het vierde kwartaal van 2024 opnieuw verder gestegen, cijfers over het eerste kwartaal van 2025 komen later beschikbaar. De stijgende lijn van het aantal bouwvergunningen zet door in het derde kwartaal, maar ligt nog ruim onder de hoge aantallen in 2020 en 2021. De werkvoorraad van aannemers stabiliseerde waardoor de aanbestedingsindex licht steeg in het eerste kwartaal van 2025 en onder de bouwkostenindex blijft. Cijfers over het tweede kwartaal komen later beschikbaar (bron: IGG).

BOUW- EN AANBESTEDINGSINDEX (2015=100)

Bron: IGG (2025), bewerking door Achmea Real Estate

Vooruitblik

Naar verwachting zal de beleggingsmarkt in de tweede helft van 2025 relatief lage activiteit tonen. Door de aangekondigde verlaging van de overdrachtsbelasting zal het volume met name in het vierde kwartaal wat lager zijn doordat beleggers hun aankopen uitstellen tot na de belastingwijziging. Hierdoor is het onwaarschijnlijk dat in 2025 het volume van 2024 verbeterd zal worden. De val van het kabinet en de aankomende verkiezingen in oktober van dit jaar zorgen ondertussen wel voor nieuwe onzekerheid in de markt over huurregulering en fiscaal beleid. De afgelopen jaren heeft deze onzekerheid gecombineerd met de risicovrije rents gezorgd voor een lage activiteit op de beleggingsmarkt. Door de relatief stabiele voorspelling van de risicovrije rentes zullen de aanvangsrendementen geen grote bewegingen gaan tonen.

De geopolitieke onzekerheid kan hier verandering in aanbrengen maar tot op heden lijkt het effect hiervan op de Nederlandse economie beperkt. Naar verwachting zal de markt voor koopwoningen goed blijven presteren de rest van het jaar en in 2026. Hoewel het tempo wat aan het afremmen is, stijgen de salarissen nog steeds met percentages die ruim boven inflatie liggen. Hiermee wordt de bestedingsruimte van woningkopers ook groter wat over het algemeen voor stijgende huizenprijzen zorgt. Daarnaast zijn de hypotheekrentes al enige tijd relatief stabiel.

Deel deze pagina